Sander’s prestigeobject

De rekentoets is nog altijd een prestige-object voor staatssecretaris Sander Dekker. Adviezen om het anders te doen, legt hij naast zich neer.

Om goed te leren rekenen is het nodig dat leerlingen op de basisschool tafels stampen, breuken oefenen en staartdelingen maken. Tot vervelens toe herhalen en automatiseren. Staatssecretaris Dekker kiest een andere route. Hij zet vol in op wat inmiddels zijn prestigeproject is geworden: de rekentoets. Nou ja, rekentoets? Het zijn vooral verhaaltjessommen, ingewikkelde plaatjes en instinkvragen die digitaal en met meerkeuzevragen worden afgenomen. En voor wie denkt dat de rekenvaardigheid van scholieren wordt getest door uit het hoofd te rekenen komt bedrogen uit. Bij verreweg de meeste vragen mag een rekenmachine worden gebruikt, dus uit het hoofd leren rekenen is er vaak niet bij.

Nee, het rekenen in de rekentoets moet vooral ‘leuk’ zijn en ‘toepasbaar’. Dat als gevolg hiervan zelfs de kampioene van de Wiskunde Olympiade, het beste wiskundemeisje ter wereld, niet minder dan zeven fouten maakte in haar ‘reken’toets zegt eigenlijk alles.

Natuurlijk is het best handig om op een landkaart aan te kunnen wijzen in welke plaats het welke temperatuur is. Maar met rekenen heeft dat niets te maken. En in spiegelbeeld klok kunnen kijken, om de juiste tijd in een meerkeuzevraag aan te klikken is vermakelijk, maar ik zou niet willen dat leerlingen omwille van een fout antwoord op zo’n vraag hun diploma mislopen.

Het CDA heeft staatssecretaris Dekker in een aangenomen motie gevraagd om met de vereniging van wiskundeleraren (NVvW) te overleggen hoe de rekenvaardigheid en het rekenonderwijs verbeterd kan worden en hoe dat het beste getoetst kan worden. Maar van open en reëel overleg is geen sprake geweest. De NVvW stelt onomwonden: ‘Het is zinloos om nog langer geld, tijd en energie te steken in het werken met de huidige digita le rekentoets. Niet alleen is het een ver keerd middel om de reken vaardig heid op peil te brengen, maar boven dien blijven er klach ten over de inhoud, de beoorde ling, het geheime karak ter, de digita le afname en de positie van de toets in de slaag-zakregeling.’ Klare taal van de rekenen- en wiskundeprofessionals.

Staatssecretaris Dekker spreekt warme woorden over het belang dat hij hecht aan de betrokkenheid van deze beroepsvereniging, maar gaat vervolgens volstrekt zijn eigen weg. Zonder overleg en zonder draagvlak.

Dit jaar vielen in het vwo al de eerste slachtoffers van de rekentoets, waar de toets meetelde voor het examen. Volgend schooljaar telt deze toets zelfs als kernvak mee op het vwo. Dat betekent dat één enkele rekentoets net zo zwaar weegt als zes jaar ploeteren op wiskunde, Engels of Nederlands.

Maar ook in de andere onderwijssoorten loopt de spanning op. De rekentoets is daar ook verplicht, maar telt nog niet mee voor het examen. De uitslagen bleken ondanks tal van kunstmatige ingrepen dramatisch. Ruim een derde van de vmbo’ers op de basisberoepsgerichte en kaderberoepsgerichte leerweg, 40 procent van de havisten en meer dan de helft van de mbo’ers haalt geen voldoende voor de rekentoets. Als deze rekentoets ook voor hen zou meetellen voor het examen, wat de staatssecretaris wil, is de schade niet te overzien.

Een goede rekenvaardigheid is van groot belang. En dus moeten we volop inzetten op goed rekenonderwijs. Maar het lijkt deze staatssecretaris niet te gaan om het rekenonderwijs, maar vooral om zijn prestigeproject, de rekentoets. En daar moeten we zo snel mogelijk van af.

Uit: nederands dagblad
16 november 2016, 03:00
Michel Rog • Tweede Kamerlid voor het CDA

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *